Skip to main content Skip to footer

Topsporters over het Heelkunde Instituut Nederland

Marathon renners

Bij werkgevers en zorgverzekeraars was al bekend dat het Heelkunde Instituut snel, efficiënt en patiëntvriendelijk te werk gaat. Ook steeds meer sporters ontdekken de speciale kundes van “het Heelkunde”. Zo werd langeafstandsloper Mark Groeneweg geconfronteerd met een liesbreuk waardoor een dikke streep door zijn sportieve plannen werd gezet. Althans dat dacht hij, maar dat pakte toch anders uit.

Marathon van New York

Mark Groeneweg is een sportinstructeur die in 1999 begon met hardlopen bij een atletiekvereniging vanwege een weddenschap met zijn toenmalige werkgever. Deze daagde hem namelijk uit voor een marathon. “Oké, zei Mark, maar dan wel de marathon van New York.” Omdat Mark deze binnen de 3,5 uur volbracht waren de kosten voor rekening van de baas. Na deze prestatie volgden nog andere mooie overwinningen: de Adventure Run op Ameland (10 km) en de HAN-KAN marathon (42 km) tussen de HAN-campus van Nijmegen en Arnhem.

Kicken in de natuur

Als Mark traint dan is hij meestal te vinden op de Posbank en de Veluwezoom tussen Arnhem en Apeldoorn. Een fantastisch natuurgebied waar je eindeloos kunt hardlopen. Mark: “elke keer ziet het bos er weer anders uit. Ik ben ook gek op het spotten van herten, dus als deze gaan vechten met elkaar eind september, dan loop ik het liefste heel vroeg ‘s morgens. Dan kom je de herten tegen op de hei waar nog een beetje dauw op zit, dat is echt kicken. Ook de herfstkleuren zijn hier fantastisch. De Posbank kent veel hoogteverschillen dus ik kan hier aardig uit de voeten. Als ik al ergens anders ga trainen dan is dat op Ameland. Heerlijk langs de zee hardlopen en over de schelpenpaadjes.”

Hulpmiddelen

Voor een reguliere training van 1 tot 1,5 uur volstaat een goed ontbijt en neemt Mark niets mee voor onderweg. Bij lange afstanden of ultralopen heeft Mark een rugzakje (Camelbak) op de rug met een paar liter water en wat eten. Mark loopt vaak samen met een maatje, maar wanneer hij alleen loopt bij lange afstanden gebruikt hij wel een Polar-hartslagmeter om te voorkomen dat hij te hard traint en zijn hartslag te hoog wordt.

Ultraloop

Door de enthousiaste verhalen van Marks trainer Jan Strijker over de Trans Alpine Run (TAR) besloot Mark in 2009 om zich hierop te gaan voorbreiden. De TAR is geen wedstrijd voor watjes: acht dagen hardlopen door drie landen over een afstand van 310 kilometer en meer dan 15.000 hoogtemeters. Dit is een ultraloop waar geestelijke en lichamelijke grenzen worden overschreden en die dus een maandenlange voorbereiding en training vereist.

Breuk in de planning

Maar het noodlot slaat toe. Ruim twee maanden voordat Mark aan de start moet verschijnen, wordt bij Mark een liesbreuk geconstateerd. Marks huisarts verwijst hem door naar een van de bekende ziekenhuizen. Daar maken ze korte metten met zijn hoop nog te kunnen deelnemen aan de Trans Alpine Run.

Alle inspanning voor niets: het trainingsschema kon overboord, de Asics in de wilgen, voorbij de kans op een hoge klassering. Maar als de nood het hoogst is, is de redding nabij: Mark komt terecht bij het Heelkunde Instituut en precies 2 weken later wordt zijn liesbreuk met een endoscopische operatie (kijkoperatie) gerepareerd.

Nieuw schema

Na de operatie is het nog even afzien vanwege het gedwongen stilzitten, maar dan “geht’s los”: zo’n veertig dagen voor de start kan Mark weer gaan trainen. Er zijn nieuwe schema’s opgesteld: het is krap maar het moet kunnen. Zo’n drie weken voor de start is alle pijn uit de lies verdwenen.

Trans Alpine Run

Mark gaat samen met Adriaan van den Eelaart van start in een veld met 546 deelnemers en eindigt in de categorie “Men” op de 28e plaats met een tijd van 44:33.44 “Het was tijdens de eerste drie dagen een lijdensweg. Ik groeide in de wedstrijd en het ging elke dag beter. De derde dag heb ik het heel zwaar gehad en stond ik op het punt om uit te stappen. Uiteindelijk heb ik mezelf herpakt en ben ik doorgelopen. Daarna was het alleen maar genieten van de mooie bergen en vergezichten. Heerlijk.”

Adriaan (l) en Mark (r ) tijdens de Trans Alpine Run.

Natuurlijke genezing

Willem van Erp, chirurg bij het Heelkunde Instituut Nederland, heeft al menige sportman onder het mes gehad. Zo herinnert hij zich een bergbeklimmer en een marathonloper, beiden mannen van middelbare leeftijd (58 en 49 jaar). Twee weken na de kijkoperatie stond de bergbeklimmer alweer op een kleine 6000 meter hoogte op de Kilimanjaro en liep de ander de halve marathon van Eindhoven. Zonder een centje pijn.

Van Erp ziet in medische zin weinig verschil tussen sporters en niet-sporters: “Sporters stellen niet zoveel andere eisen, wel zijn ze soms erg bezorgd of ze nog normaal kunnen sporten, ze willen zeker sneller herstellen. De overenthousiaste sporters rem ik soms wel eens af en vertel dan dat ze de natuurlijke genezing een kans moeten geven.”

Snel herstel, minder pijn

Bij de chirurgen van het Heelkunde Instituut bestaat de indruk dat zowel de operatiemethode als de mentale instelling van de patiënt zelf invloed uitoefenen op de herstelperiode. Bij een klassieke “open” procedure duurt het langer voordat de wonden genezen zijn dan bij een endoscopische procedure (vaak aangeduid als een “kijkoperatie”). Bij klassieke liesbreukoperaties wordt de patiënt van buitenaf via de lies geopereerd. Bij een endoscopie worden kleine openingen in de buik gemaakt en wordt de operatie van binnenuit uitgevoerd. Dat levert na afloop minder pijn en ongemak op. Medisch gezien is een kijkoperatie echter niet altijd mogelijk.

Hoe dan ook, drie maanden na de operatie is er weinig verschil meer waarneembaar tussen patiënten als het gaat om kwaliteit van leven en chronische pijn. De hierboven beschreven sportieve prestaties kunnen echter niet op zo’n korte termijn worden behaald na een open benadering van de liesbreuk.

Kijkoperatie ideaal

In recent onderzoek (LEVEL-trial door Langeveld e.a., 25 mei 2010) wordt geconcludeerd dat de endoscopische benadering (de kijkoperatie) de optimale operatietechniek is in ervaren handen, dat wil zeggen bij chirurgen die meer dan 25 procedures hebben uitgevoerd. De methode volgens Lichtenstein (de open benadering) vormt een goed alternatief met gelijke kansen op recidief en chronische pijn.

(Bron: Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde 2010;154:A2226)

Mentale instelling

Met zijn jarenlange ervaring is Van Erp ervan overtuigd dat ook de mentale instelling een factor is bij het herstel na de operatie. Hoe een operatie wordt beleefd is immers voor een deel een mentaal proces. Volgens Van Erp lijken gezonde mensen en sporters wel iets sneller te genezen, maar wordt herstel vooral bespoedigd door een positieve instelling en sterke motivatie.

Over de auteur

A. Kuiper

Manager Bedrijfsvoering

Kwaliteit zit in aandacht

Ervaar de zorgzame professionaliteit van het Heelkunde Instituut Nederland.
U kunt zich direct online voor een behandeling aanmelden.